Minister van Pensioenen Vincent Van Quickenborne (Open VLD) heeft in de Kamer zijn beleidsnota voorgesteld. De oppositiepartijen N-VA en Groen vinden de vooropgestelde hervormingen niet voldoende.
Het grootse deel van de plannen van Van Quickenborne waren al bekend. De minister wil 10 zogenoemde werven openen om de pensioenen te hervormen. Zo wil hij onder meer de leeftijd voor het vervroegd pensioen optrekken tot 62 jaar en ten vroegste na een carrière van 40 jaar.
Van Quickenborne wil ook het aanvullende pensioen dat werknemer en werkgever samen opsparen (de zogenoemde tweede pijler) uitbreiden. Hij denkt dan bijvoorbeeld aan verpleegsters of bejaardenhelpsters, die daar vandaag nog geen recht op hebben. "Ik wil afspraken maken met de werkgevers in die sector om een marge te voorzien zodat ook die mensen een aanvullend pensioen hebben", zegt Van Quickenborne.
De oppositiepartij Groen vindt echter dat Van Quickenborne beter het wettelijk pensioen zou versterken, omdat het aanvullend pensioen "veel te weinig verspreid is". "40 procent van de werknemers vandaag heeft geen aanvullend pensioen", zegt Groen-Kamerlid Wouter De Vriendt.
De N-VA vindt de plannen van Van Quickenborne een stap in de goede richting, maar benadrukt dat Europa meer verlangt van ons land. "Europa verwacht dat we ook een sterk activeringsbeleid hebben waarbij we mensen langer aan het werk moeten krijgen", reageert N-VA-Kamerlid Karolien Grosemans.
