Het California Public Employees Retirement System (Calpers), een van 's werelds grootste pensioenfondsen met ongeveer 180 miljard dollar onder beheer, heeft een rechtszaak ingespannen tegen de drie belangrijkste kredietratingbureaus voor het verspreiden van 'compleet verkeerde en onredelijk hoge' ratings.
Calpers eist een niet nader genoemde schadevergoeding voor 1,3 miljard dollar (920 miljoen euro) potentiële verliezen gelinkt aan gestructureerde producten, die de hoogste rating kregen van Moody's, Standard&Poors of Fitch, maar eigenlijk risicovolle hypotheekleningen bevatten.
Het Californische pensioenfonds kocht in 2006 de notes en bedrijfsobligaties uitgegeven door drie buitenbalansvehikels: Cheyne Finance, Stanfield Victoria Funding en Siga Finance, die de hoogste ratings genoten op dat moment.
De buitenbalansvehikels gingen echter alledrie kopje onder en Calpers kon fluiten naar de couponbetalingen. Daarom beschuldigt het grootste Amerikaanse pensioenfonds de ratingagentschappen nu van nalatigheid, omdat ze die 'creditevents' niet zagen aankomen.
Het businessmodel, waarbij emittenten van effecten betalen voor een rating bij de ratingagentschappen, ligt zwaar onder vuur sinds het uitbreken van de kredietcrisis. Toch werken de agentschappen nog steeds op dezelfde manier. Calpers noemt de rol die de ratingbureaus over de voorbije jaren speelden 'ongepast'. 'Ze hielpen investeringsvehikels structureren en streken er vergoedingen voor op.'
De drie ratingagentschappen ontkennen alle beschuldigingen.
De beschuldigingen volgen op de oprichting van een toezichtsorgaan door de Securities and Exchanges Commission (SEC) specifiek voor de ratingagentschappen. SEC-voorzitster Mary Schapiro, verklaarde eerder deze week voor het Congress dat het toezicht op de agentschappen nog verscherpt zal worden.