donderdag 13 december 2012

Rekenhof publiceert Boek 2012 over de Sociale Zekerheid

Het Rekenhof heeft zijn Boek 2012 over de Sociale Zekerheid voorgelegd aan de Kamer van Volksvertegenwoordigers. Daarin onderzoekt het de begrotingsontvangsten en –uitgaven 2011 van de socialezekerheidsstelsels van de werknemers en zelfstandigen en van de gezondheidszorg. Daarnaast brengt het ook verslag uit over de resultaten van een aantal afzonderlijke onderzoeken over socialezekerheidsthema’s.
Zoals de vorige jaren gaat het Rekenhof nader in op de verrichtingen van de zeventien Openbare Instellingen van Sociale Zekerheid (OISZ). Het Boek 2012 bestaat uit vijf delen: uitvoering van de begroting 2011, kastoestand en reserves, financieel beheer en rekeningen van de OISZ, overige thema’s en opvolging van de aanbevelingen in de vorige Boeken.

RVP: Financiering van de bijzondere pensioenstelsels
De pensioenhervorming van eind 2011 schafte de bijzondere pensioenstelsels af die verschillende beroepen genoten (mijnwerkers, zeevarenden, beroepsjournalisten en vliegend personeel van de burgerluchtvaart). Ondertussen werden deze stelsels in overleg met de betrokken sectoren grotendeels terug ingevoerd via overgangsmaatregelen.

De RVP is niet in staat correcte, volledige en actuele financiële informatie te verschaffen over de kostprijs van de bijzondere pensioenstelsels en over de bijdrage van het Globaal Beheer in de financiering van deze stelsels. Hij beschikt immers niet over een volwaardige analytische boekhouding noch over de nodige coderingen van de verschillende beroepscategorieën in de informaticatoepassingen.

Gezien de overgangsmaatregelen zal het effect op de pensioenleeftijd en –uitgaven in de volgende jaren beperkt zijn. De beroepsjournalisten behouden hun stelsel, mits de RVP jaarlijks een financieel verslag opmaakt en maatregelen treft indien het stelsel verlieslatend zou zijn. Voor het stelsel van het vliegend personeel zal de eerstkomende jaren een jaarlijkse meerkost van 16,08 miljoen euro moeten worden afgebouwd, alvorens de hervormingen tot een effectieve besparing zullen leiden. Door de afschaffing van de bijzondere bijdragen vanaf 1 januari 2012, financiert het Globaal Beheer vanaf dit jaar het geheel van de bijzondere pensioenvoordelen (geraamd op 32,72 miljoen euro voor 2012).

RVP: Ambtshalve onderzoek van de inkomensgarantie voor ouderen
Sinds de invoering van de inkomensgarantie voor ouderen (IGO) in 2001 is de RVP wettelijk verplicht de IGO-rechten ambtshalve te onderzoeken voor drie categorieën van pensioengerechtigden: de genieters van een tegemoetkoming voor gehandicapten, leefloners en gerechtigden op een (vervroegd) pensioen in het stelsel van de werknemers of zelfstandigen.

Wat de leefloners betreft, is het onderzoek van de IGO-rechten niet volledig gegarandeerd. Bij de vervroegd gepensioneerden voldoet de RVP pas sinds oktober 2010 aan die wettelijke verplichting.

In april 2011 startte de RVP met een inhaaloperatie waarbij retroactief de rechten van vóór oktober 2010 worden onderzocht. Deze inhaaloperatie vordert traag en zal pas in 2017 zijn afgerond als het huidige ritme ongewijzigd aangehouden blijft. Bovendien ontbreken voor de ambtshalve IGO-onderzoeken een aangepaste communicatie en specifieke richtlijnen. Daardoor bestaat het risico dat de RVP foutieve of onvolledige inlichtingen ontvangt, geen eenduidige beslissingen neemt of zelfs onterecht IGO’s toekent. Een deel van de IGO-uitkeringen is bovendien al verjaard. Uit billijkheidsoverwegingen acht de RVP zich evenwel genoodzaakt de verjaarde achterstallen toch uit te betalen. Voor die uitbetaling bestaat echter geen rechtsgrond.

Het Rekenhof beveelt de RVP aan de selectiecriteria te evalueren, de communicatie naar alle betrokken partijen aan te passen aan het (retroactieve) ambtshalve karakter van het onderzoek en specifieke richtlijnen op te stellen.

RVP – RSVZ: Informatieverstrekking over de loopbaan en de toekomstige pensioenrechten
Zowel de RVP als het RSVZ heeft de laatste jaren belangrijke inspanningen geleverd om de wettelijke informatieplicht over de toekomstige pensioenrechten na te leven. Deze verplichting vloeit voort uit het generatiepact van 23 december 2005.

Het Rekenhof stelt echter een aantal verschillen vast tussen de RVP en het RSVZ op het niveau van de termijn, de inhoud en de manier van informatieverstrekking. Deze verschillen beperken de mogelijkheden voor de toekomstige gepensioneerde om zijn loopbaangegevens te kennen en te controleren.

Het Rekenhof pleit ervoor dat de verschillende pensioeninstellingen (RSVZ, RVP en PDOS – de Pensioendienst voor de Overheidssector) nieuwe strategische beslissingen nemen om te bepalen hoe en wanneer de elektronische loopbaangegevens moeten worden bijgehouden en ter beschikking gesteld van de toekomstige gepensioneerden. Deze gegevens zouden bovendien moeten kunnen leiden tot accurate ramingen van de toekomstige pensioenrechten.

Bij die beslissingen moet rekening worden gehouden met de voorwaarden die het Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid in zijn machtiging van 4 september 2012 heeft opgelegd voor de uitwisseling van persoonsgegevens tussen de RVP, het RSVZ en PDOS.

Het Boek 2012 over de Sociale Zekerheid werd aan het federale parlement bezorgd. Het is samen met de samenvatting en dit persbericht terug te vinden op de website van het Rekenhof (www.rekenhof.be ).




Jobaanbiedingen mogelijk dankzij :
Jobaanbiedingen mogelijk dankzij :
Jobaanbiedingen mogelijk dankzij :