De recente financiële crisis is goed geweest voor pensioenfondsen, aldus CEO Hugo Lasat van Amonis, het Belgische pensioenfonds voor de medische sector.
Lasat deed zijn uitspraak op het IPE Awards seminar, tijdens een debat over de toekomstverwachtingen van de pensioensector. Volgens Lasat heeft de crisis, die overigens naar zijn idee nog wel tot volgend jaar kan duren, problemen met pensioenfondsbeheer voor het voetlicht gehaald.
“Dat is heel goed, omdat het beheer van pensioenfondsen een aanzienlijke macro-economische impact heeft – op het consumentenvertrouwen, bijvoorbeeld,” zei hij. “Het feit dat deze kwesties nu hoog op de agenda staan, sterkt mijn vertrouwen op de langere termijn.”
Toch zijn er wel dingen die hem zorgen baren, vervolgde de CEO. Hij noemde met name Solvency II als een punt van zorg en riep op tot een proportionele benadering in plaats van een eenvoudige ‘copy-paste’ toepassing van de bestaande solvabiliteitsregels.
Bezorgdheid over de toekomst werd breed gedeeld. Twee van de vijf congresgangers ziet de toekomst voor pensioenfondsen somber in.
Panelleden noemden onder meer het langlevenrisico en het ontbreken van kapitaalgedekte pensioenfondsen in landen zoals Frankrijk als problemen die de sector bedreigen.
De Fransman Charles Vaquier, chief executive van het UMR Corem, stelde dat het meerdere decennia zou duren voordat er in zijn land overeenstemming wordt bereikt over een overstap op een kapitaalgedekt systeem.
“Er komt wel ruimte voor kapitaalgedekte pensioenfondsen,” zei hij, “maar de eerste vraag is of werkgevers en werknemers het hierover eens kunnen worden. In Frankrijk zal dat, zoals gewoonlijk, vele jaren duren – dat kost tientallen jaren.”
Hij vroeg zich bovendien af of de economie van zijn land wel sterk genoeg is om nog een pensioenstelsel overeind te houden. Hij verwacht dat Franse pensioenfondsen in navolging van andere Europese landen moeten overgaan tot lagere uitkeringen aan deelnemers om te kunnen overleven.
Michael Taylor van de London Pension Fund Authority noemde vooral de langlevenproblematiek als een kwestie die hem somber stemde over de toekomstige houdbaarheid van pensioenen.
Hij zei dat deelnemers in zijn fonds gemiddeld een leeftijd bereiken van 89. De oudste gepensioneerde deelnemer is 109 en het fonds telt onder zijn gepensioneerden bijna vijftig deelnemers van 100 jaar of ouder.
“Dat is een reden voor zowel optimisme als pessimisme,” zei hij. “Waarbij het pessimisme betrekking heeft op het managen van ons fonds. Hoe kunnen we deze mensen in vredesnaam zoveel blijven uitkeren in de toekomst?”
Hij voegde er met een kwinkslag aan toe dat hij niettemin ook reden zag voor optimisme, omdat hijzelf zijn hele leven al deelnemer is in een pensioenfonds en nu bijna de pensioengerechtigde leeftijd heeft bereikt.
“Hopelijk heb ik ook zo’n lange levensverwachting in het vooruitzicht,” zei hij.