Met de eerste baan komt het zelfstandig zijn in een veel hogere versnelling. Het is een levensfase waar heel wat bij komt kijken. Niet in het minst op verzekeringsgebied.
Met een eigen baan bent u niet langer ten laste van je ouders en moet u uw eigen boontjes doppen. Goed verzekerd zijn hoort daar bij. Waar moet u allemaal aan denken?
1. Hospitalisatieverzekering
Als u van uw werkgever de kans krijgt om toe te treden tot een collectieve hospitalisatieverzekering, is dat een groot voordeel. In dat geval betaalt de werkgever immers de volledige of een deel van de premie. Die premies zijn bovendien lager omdat de risico’s verdeeld worden over de groep.
Wie niet kan deelnemen aan een groepspolis, kan een individuele verzekering nemen. Maar in dat geval moet u eerst een medische vragenlijst invullen. In functie van de antwoorden doet de verzekeraar dan een voorstel. Wie lijdt aan chronische ziektes zal meer betalen dan wie kerngezond is.
Een hospitalisatieverzekering sluiten, doet u best zo vroeg mogelijk. Hoe jonger u bent en hoe minder gezondheidsproblemen u heeft, hoe gemakkelijker het is om een goede verzekering te vinden met een ‘lage’ premie. Een gezonde man of vrouw van 25, betaalt immers veel minder dan iemand van 50.
De verzekeraars hebben hun aanbod de laatste jaren sterk uitgebreid. Maar wie zoveel mogelijk risico’s wil verzekeren, betaalt wel een hogere premie. Zo kan het zijn dat de verzekeraar de volledige ziekenhuisfactuur betaalt. U moet dan geen supplementen meer betalen voor de geneesmiddelen. Ook hulpmiddelen zoals pijnpompen en prothesen kunnen vergoed worden.
Er bestaan formules waar u ook de kosten voor en na een ziekenhuisopname terugbetaald krijgt. Ook een medische behandeling thuis of een dagopname in een ziekenhuis kan inbegrepen zijn.
Voor alternatieve geneeswijzen zoals homeopathie en accupunctuur kunnen de verzekeraars eveneens tussenkomen.
Sommige verzekeraars betalen rechtstreeks de factuur aan de arts of het ziekenhuis. Op die manier moet u geen grote bijdragen voorschieten. U moet geen facturen opsturen en het ziekenhuis wordt sneller betaald.
Vergelijken
Wie een individuele hospitalisatieverzekering wil sluiten, kan best eerst een paar contracten vergelijken of laten toelichten door een adviseur. Terwijl u als dertiger bijvoorbeeld een maandelijkse premie van 25 euro betaalt voor een hospitalisatieverzekering zonder franchise, zal u ook kunnen opteren voor een premie van 13 euro. Indien u opgenomen moet worden in het ziekenhuis, zal u in het laatste geval bijvoorbeeld wel 500 euro van de bijkomende kosten zelf moeten betalen.
Als u zelf gaat vergelijken, mag u vooral niet vergeten na te kijken wat de verzekeraar biedt als u zwaar ziek wordt. Bij sommige contracten is er een plafonnering van de uitgaven. Andere maatschappijen werken niet met limieten, maar vragen daarom een hogere premie. Ook de lijst van de zware ziektes die gedekt zijn, is niet overal dezelfde. Sommige ziektes worden bij de ene verzekeraar uitgesloten en bij de andere niet.
Het kan ook zijn dat de kosten voor een zware ziekte alleen terugbetaald worden, op voorwaarde dat u opgenomen wordt in het ziekenhuis. Dat is natuurlijk al een grote geruststelling, maar u moet er wel rekening mee houden dat tegenwoordig ook meer zware ingrepen ‘ambulant’ gebeuren (zonder dat u in het ziekenhuis wordt opgenomen).
Wachtpolis
De aansluiting bij een collectieve hospitalisatieverzekering lijkt op het eerste gezicht veel interessanter dan een hospitalisatieverzekering die u individueel afsluit voor uzelf. Maar werknemers die hun bedrijf verlaten, zijn niet langer verzekerd via de collectieve polis. Ze kunnen de verzekering wel individueel verder zetten.
Als u langer dan twee jaar aangesloten bent bij de collectieve polis, moet de verzekeraar u een individuele polis aanbieden zonder bijkomende medische formaliteiten. Er mogen dan ook geen wachttijden ingelast worden. Indien u tijdens de tewerkstelling ziek bent geworden of last hebt gekregen van een medische aandoening, mag de dekking van de verzekering ook niet ingeperkt worden.
Maar de premie van de individuele polis zal natuurlijk aangepast worden aan uw leeftijd. Zo’n jaarpremie kan voor iemand van 55 jaar duur uitvallen. Hoe duur is afhankelijk van de gekozen vrijstelling. Maar 500 euro is geen ongewoon bedrag.
U kan die hoge premies wel vermijden door een wachtpolis te nemen. U betaalt dan tijdens het wachten een beperkte premie per maand. De premie voor de voortgezette verzekering wordt dan bepaald op basis van de leeftijd bij de aanvang van de wachtpolis.
2. Arbeids- en privé-ongevallen
Uw werkgever moet een verzekering onderschrijven voor arbeidsongevallen, maar die dekt alleen de arbeidsongevallen en de ongevallen op de weg van en naar het werk.
Nu is de grens tussen het beroeps- en privé-leven niet altijd even duidelijk. Daarom bieden sommige werkgevers een collectieve verzekering privé-leven aan om de normale dekking van de arbeidsongevallenverzekering uit te breiden met waarborgen voor ongevallen die u overkomen buiten de beroepsactiviteit.
Uw werkgever kan ook, gratis of mits een bijpremie, een waarborg reisongevallen laten bijvoegen in de arbeidsongevallenpolis. U geniet dan de dekkingen van de verplichte arbeidsongevallen tijdens de werkuren, tijdens beroepsverplaatsingen en tijdens de beroepsactiviteiten.
Daarnaast kunt u een bijkomende waarborg ongevallen vragen voor de periode dat u in het buitenland verblijft. Dat is een groot voordeel want Eurocross (via het ziekenfonds) geeft geen dekking voor beroepsverplaatsingen. Uw persoonlijk jaarcontract geeft alleen dekking indien u een beperkte periode in het buitenland verblijft. Als u veel en lang naar het buitenland moet voor uw job, en u reist privé regelmatig naar het buitenland is zo’n bijstandsverzekering via de werkgever geen overbodige luxe. Er bestaan specifieke reisverzekeringen voor bedrijven die hun mensen regelmatig beroepsmatig laten reizen. Naast de al besproken waarborgen verzekeren die soms ook andere typische reisrisico’s zoals afgelaste of overboekte vlucht; bijkomende vergoedingen voor bagage die te laat aankomt…
3. Aanvullend pensioen
Een minimale ‘groepsverzekering’ voor aanvullend pensioen voor alle werknemers is in de meeste sectoren vanzelfsprekend aan het worden. Maandelijks wordt een bedrag van uw loon overgemaakt aan de verzekeringsmaatschappij. Wilt u een idee hebben van wat u bij pensionering van deze verzekering zal krijgen, dan kan u daarvoor rechtstreeks contact opnemen met de verzekeringsmaatschappij.
In een groepsverzekering kunnen meerdere waarborgen aangeboden worden:
een kapitaal of rente bij pensioen
een kapitaal bij overlijden
een aanvullende verzekering bij overlijden door een ongeval (in oude polissen werd dit dikwijls ‘avri’ genoemd)
een invaliditeitsrente bij arbeidsongeschiktheid ten gevolge van ziekte of ongeval
premieteruggave in geval van arbeidsongeschiktheid
In sommige gevallen kunt u gedeeltelijk zelf kiezen aan welke waarborg u het grootste deel van de verzekeringspremies wil spenderen. U kiest zelf, zoals in een cafetaria, uw waarborgen, daarom wordt vaak gesproken van een ‘cafetariaplan’. Een alleenstaande zonder kinderen zal bijvoorbeeld geen prioriteit geven aan de overlijdensdekking. Maar als uw werkgever zo’n cafetariaprincipe opneemt in het reglement, kan u gebruik maken van die keuze.