De afgelopen jaren zijn er veel, vooral kleinere, pensioenfondsen geliquideerd. Op dit moment zijn er van de ongeveer 700 pensioenfondsen in Nederland zo’n 120 in liquidatie. De verwachting van DNB is dat er over 5 jaar nog zo’n 450 a 500 pensioenfondsen overblijven. In deze bijdrage ga ik in op de voornaamste oorzaken en gevolgen van deze liquidatiehausse en de voordelen en nadelen van liquidatie van het pensioenfonds voor de belanghebbenden. Tevens geef ik een globale uiteenzetting van een werkplan ingeval het besluit tot liquidatie reeds is genomen of aanstaande is.
Oorzaken en gevolgen van liquidaties pensioenfondsen
Vanaf het moment van de tegenvallende beleggingsresultaten van pensioenfondsen in het begin van dit decennium staan de Nederlandse pensioenfondsen onder continue druk. Vanaf het jaar 2000 is er als het ware een sneeuwbaleffect ontstaan dat is begonnen bij de negatieve beleggingsrendementen en de sterk dalende dekkingsgraden. Als reactie hierop is de toezichthouder met strengere regelgeving gekomen. In combinatie met de toenemende vergrijzing en de daarmee gepaard gaande stijging van de pensioenverplichtingen heeft dit uiteindelijk geleid tot de nieuwe Pensioenwet, een nieuw financieel toetsingskader voor pensioenfondsen en strengere eisen ten aanzien van governance.
Wie denkt dat na al deze nieuwe wet- en regelgeving de pensioenfondsen het de komende jaren rustiger zullen krijgen, komt bedrogen uit. In de komende jaren wordt verwacht dat pensioenfondsen het druk zullen krijgen met onderwerpen als communicatie, deskundigheid, continuïteitsanalyse, indexatielabel en pension fund governance. In de periode na 2010 wijzen veel signalen richting de inwerkingtreding van het nieuwe Europees (financieel) toezichtskader: Solvency II. Vanzelfsprekend gaan alle reguliere fondswerkzaamheden ook gewoon door. Het is duidelijk dat de pensioensector volop in beweging is en dat daar voorlopig nog geen eind aan lijkt te komen. Daar waar pensioenfondsbestuurders in het verleden hun taak als bestuurslid konden vervullen met enkele uren per week, is het tijdsbeslag de laatste paar jaar fors toegenomen. Vooral kleinere pensioenfondsen hebben het moeilijk om aan de steeds maar toenemende eisen en regelgeving te voldoen. Bovendien wordt het steeds moeilijker om nieuwe, deskundige bestuursleden te vinden. Voor veel besturen is deze opeenstapeling van nieuwe eisen dan ook de reden geweest om het pensioenfonds op te heffen.
Pensioenfondsen die hebben besloten het fonds te liquideren of dit voornemens zijn te gaan doen, hebben drie opties: of alle pensioenen rechtstreeks onderbrengen bij een verzekeringsmaatschappij, of aansluiting zoeken bij een bedrijfstakpensioenfonds (BPF) of een API oprichten.
Het pensioenfonds neemt het besluit tot liquidatie, waarna in dat kader de uitvoeringsovereenkomst met de werkgever wordt ontbonden. De werkgever sluit vervolgens een nieuwe uitvoeringsovereenkomst af met een verzekeraar of een BPF af. Het fonds draagt verplicht de opgebouwde aanspraken over aan de verzekeraar of het BPF. Om aansluiting te zoeken bij een BPF dient er wel sprake te zijn van een zekere affiniteit met de desbetreffende bedrijfstak. Vaak heeft het BPF hiervoor richtlijnen opgesteld. Als deze affiniteit niet aanwezig is, dan is de enige mogelijkheid om de gehele pensioenregeling rechtstreeks uit te laten voeren door een commerciële verzekeraar. De verzekeraar wordt daarmee de pensioenuitvoerder en is ook volledig risicodrager. De kosten voor de uitvoering en de verzekeringen liggen daardoor in de regel hoger dan ingeval van een eigen beheer pensioenfonds.
Volledig herverzekerde pensioenfondsen
De nieuwe toezichtseisen maken geen onderscheid tussen een eigen beheer pensioenfonds of een (klein) volledig herverzekerd pensioenfonds. Deze laatste categorie pensioenfondsen wordt geconfronteerd met alle eisen en criteria die ook aan de hele grote ondernemingspensioenfondsen worden gesteld. Veel van deze pensioenfondsen stellen zich dan ook nu de vraag wat de toegevoegde waarde is van het hebben van een pensioenfonds; de verzekeraar staat immers garant. Daarnaast is het vaak ook nog zo dat de administratie en het vermogensbeheer aan de verzekeraar zijn uitbesteed. Het pensioenfonds heeft slechts tot op zekere hoogte invloed op het beleggingsbeleid.
Het is hierbij een gegeven dat veel van de gestelde eisen niet relevant zijn voor volledig herverzekerde pensioenfondsen.
Op dit moment houdt de wetgever daar onvoldoende rekening mee. Het is de verwachting dat in de nabije toekomst veel van deze pensioenfondsen de handdoek in de ring gooien. Maar is liquidatie van uw pensioenfonds wel de juiste oplossing?
Voor- en nadelen van liquidatie
Het liquideren van uw pensioenfonds is geen beslissing die op één dag wordt genomen. Het is complex, veelomvattend en vooral ook een kwestie van afwegen. Het besluit tot liquidatie wordt formeel genomen door het bestuur, uiteraard in en na overleg met de belanghebbenden. In de statuten van het pensioenfonds is bepaald hoe dit traject is geregeld. Om tot een weloverwogen besluit te komen, som ik onderstaand de belangrijkste voor- en nadelen op van liquidatie van een pensioenfonds. Deze voor- en nadelen zijn benoemd vanuit zowel het perspectief van de onderneming als vanuit de (oud-) deelnemers. Het pensioenfonds behartigt de belangen van beide partijen, zodat de onderstaande opsomming één-op-één toepasbaar is op het pensioenfonds.
Voordelen perspectief onderneming
- Minder (geen) apart toezicht
- Reductie van pensioenrisico’s
- Kostenefficiency 1)
- Minder organen -> verhoging arbeidsproductiviteit
Nadelen perspectief onderneming
- Verlies van eigen identiteit
- Minder zeggenschap
- Minder betrokkenheid
- Eenmalige kosten en mogelijke nadelige entree- en exitbepalingen
Voordelen perspectief (oud-) deelnemers
- Meer zekerheid (garantie door verzekeraar)
- Geen bestuursleden, deel nemersraad etc.
Nadelen perspectief (oud-) deelnemers
- Mogelijk hogere premies
- Geen inspraak meer
- Minder belevingswaarde
- Minder indexatiezekerheid
1) Of het ook daadwerkelijk kostenefficiënt zal zijn. is afhankelijk van meerdere factoren en van de huidige situatie waarin het pensioenfonds verkeert (bijvoorbeeld is het pensioenfonds nu herverzekerd of niet).
De genoemde voor- en nadelen zijn slechts een selectie. Afhankelijk van de situatie kunnen er nog meer voordelen en nadelen worden benoemd. Heeft het bestuur eenmaal besloten om over te gaan tot liquidatie, dan zullen er diverse formele zaken moeten worden geregeld. Hierna wordt in algemene zin beschreven wat er zoal geregeld moet worden.
Draaiboek liquidatie
Zoals gezegd is in de statuten vastgelegd wat er nodig is om tot een rechtsgeldig liquidatiebesluit te komen. Daarnaast stelt DNB enkele eisen en verlangt zij diverse formele stukken van het pensioenfonds. Voorts is bij het liquidatietraject nog een aantal partijen betrokken, zoals de accountant, de deelnemers en gepensioneerden en eventueel de Ondernemingsraad. Onderstaand volgt een globale weergave van een draaiboek bij liquidatie.
Actie, besluitvorming of aandachtspunten
1. Statutair
Bestuursbesluit, overdracht van opgebouwde aanspraken, verdeling liquidatiesaldo, vereffening, benodigde goedkeuring
2. DNB
Afschrift notulen, besluit besteding overschotten, wijze van informatievoorziening, accountantsrapport, overdrachtsovereenkomst. Uitstel / afstelprocedure inleveren DNB-jaarstaten.
3. Vennootschap
Overleg vennootschap o.b.v. afspraken in de uitvoeringsovereenkomst
4. Nieuwe pensioenuitvoerder
Contractsbepalingen, pensioenreglement, speciale afspraken nagaan, nieuwe contractspartij, informatievoorziening, toeslagenbeleid
5. Aanspraakgerechtigden
Besteding overschot, informatievoorziening, toeslagen
6. Pensioenfonds
Afwikkeling rechten en plichten van het fonds, b, liquidatiebalans, nederlegging van rekening en verantwoording en plan van vereffening bij KvK en in landelijk dagblad vermelden dat nederlegging heeft plaatsgevonden communicatie met DNB en accountant, plan van aanpak. Beëindigen bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering.
7. Accountant / adviseur
Liquidatiebalans, liquidatierapport
8. OR
Informeren
9. Overige zaken
UWV, FVP, AFM, Belastingdienst en KvK informeren abonnementen, accountant, adviseurs, banken
De bovenstaande tabel geeft slechts een kernachtige opsomming van de meest elementaire zaken die geregeld moeten worden bij een liquidatietraject. Het is aan te raden om deze lijst volledig uit te werken in een integraal plan van aanpak.