Heel Europa smeekt om een renteverlaging. Heel Europa, behalve de Nederlandse pensioenbeheerders.
Nederland is kampioen pensioensparen met ongeveer 600 miljard euro in de pensioenfondsen. Meer dan 90 procent van de Nederlandse werknemers heeft een pensioenregeling bij zijn werkgever. Maar pensioenfondsen krimpen. De koersval op de aandelenmarkt doet pijn. De voortdurende daling van de rente doet nog meer pijn.
Morgen vergadert de Europese Centrale Bank over een nieuwe renteverlaging. Krediet wordt zo goedkoper. Dat moet de economie een impuls geven en dat kan de aandelenmarkten wellicht ook wat tot rust brengen.
Pensioenbeheerders vrezen het onvermijdelijke. „Onder veel pensioenfondsdirecties wordt erover gepraat in de trant van: nu gaat de ECB de economie helpen, maar wij krijgen de klappen”, zegt een adviseur die dagelijks de vinger aan de pols houdt in de pensioenwereld.
De rentewijzigingen van de ECB hebben primair invloed op de kortlopende rente die banken berekenen voor kredieten aan bedrijven. Maar een verlaging druppelt door naar de rente op de kapitaalmarkt die de pensioenfondsen gebruiken om de waarde van hun verplichtingen te becijferen. Hoe lager de rente, hoe meer geld je nu moet hebben om aan de toekomstige pensioenverplichtingen te voldoen, hoe slechter de toch al verslechterende financiële positie van de pensioenwereld.
Analisten en geldbeheerders verwachten een renteverlaging met 0,5 procentpunt. Of wordt het toch meer? De ECB concentreert zich op wat tegenwoordig de reële economie heet: banen, investeringen, productie.
Een rentedaling is ook welkom voor benarde Zuid-Europese overheden die met hun kredietwaardigheid worstelen. Sterker: het is goed nieuws voor alle overheden die kolossale bedragen op de geld- en kapitaalmarkt lenen om banken, verzekeraars en hun begrotingen te redden.
Maar wat goed is voor de reële economie pakt nu faliekant fout uit voor de financiële positie van de Nederlandse pensioenfondsen. Als kampioen pensioensparen is Nederland uniek in continentaal Europa. De andere beslissers aan de ECB-tafel kennen geen grote pensioenfondsen.
„Ik denk niet dat de ECB rekening houdt met de positie van de Nederlandse pensioenfondsen”, zegt Dennis van Ek van adviesbureau Mercer. Hij ziet een parallel met medio december, toen de Amerikaanse centrale banken de kortlopende rente tot bijna nul procent verlaagden en de langlopende tarieven mee omlaaggingen.
Die trend is al zichtbaar, legt chef-econoom Erik Nienhuis van de private vermogensbeheerder Lombard Odier uit. „Aandelenmarkten staan op het laagste niveau in twaalf jaar, je ziet nu een vlucht in obligaties.” De kapitaalstromen drijven de prijzen van obligaties op en drukken de rendementen op die leningen.
In het vierde kwartaal van vorig jaar zorgde de rentedaling voor zware tegenslag voor de pensioenwereld. De pensioenverplichtingen stegen rap. Daardoor verslechteren de verhoudingen tussen hun beleggingen en hun verplichtingen. Deze verhouding heet de dekkingsgraad. Pensioenfondsen moeten minimaal 1,05 euro aan beleggingen hebben tegenover elke euro aan verplichtingen.
Maar de grote fondsen zaten eind 2008 al ver onder het voorgeschreven minimum van 105 procent. Het Metaal & Techniek fonds stond op 87, het Metalektrofonds op 90 evenals het ambtenaren- en lerarenfonds ABP, en het Zorg & Welzijn fonds stond op 92.
Maar de laatste dagen is hun positie verder verslechterd. Afgelopen vrijdag zakte de dekkingsgraad van het fictieve gemiddelde Nederlandse pensioenfonds dat adviesbureau Hewitt dagelijks becijfert naar een stand van 94 procent. Dat is gelijk aan het dieptepunt begin december vorig jaar. Op 31 december 2008, het meetmoment voor de pensioenwereld, stond dit gemiddelde pensioenfonds op 101 procent dekkingsgraad. Gisteren was de stand 92 procent. „De verwachting van de ECB-beslissing heeft hier al invloed op”, zegt Arnold Jager van Hewitt. „De rente is een van de boosdoeners, samen met de dramatische daling van aandelen.”
Gezien de neerwaartse trend bij Hewitts gemiddelde pensioenfonds liggen de dekkingsgraden van de grote pensioenfondsen inmiddels rond 80 procent of lager.
Zal de wankele Nederlandse pensioenpositie morgen een rol spelen aan de ECB-tafel in Frankfort? „Nee”, zegt chef-econoom Nienhuis van Lombard Oder beslist. Hij heeft zijn hoop gevestigd op een beslissing die de vicieuze cirkel van een krimpende economie en krimpende kredieten doorbreekt. Dat bekent: meer renteverlagingen. „In zo’n crisis als nu is de ECB nog niet klaar.”